Het Alice in Wonderland syndroom

20 december 2020 Actueel, BiB Public

Tussen 2013 en 2020 hebben vrijwilligers van Brein in Beeld columns geschreven voor het magazine EOS Psyche en Brein, met toestemming van P&B zullen we een aantal columns plaatsen op onze website.

Door: Laura Jonkman

‘Drink mij’ stond er met mooie, grote letters op gedrukt. […] ‘Wat een gek gevoel!’, dacht Alice, ‘het lijkt wel of ik als een verrekijker in elkaar schuif!’ […] een klein koekje, waar krenten op zaten, die de woorden ‘Eet mij’ vormden. […] ‘nu ga ik uit elkaar als de grootste verrekijker van de wereld! Dag voeten!’.” 

Bovenstaande passages komen uit het boek “Alice in Wonderland”, geschreven door Lewis Carroll in 1865. Het beschrijft hoe Alice groeit en krimpt nadat ze iets drinkt of eet. Ze beschrijft deze ervaringen als een verrekijker die in en uit elkaar schuift. Bijna 100 jaar later, in 1955, ontmoet de psychiater dr. John Todd een aantal jonge patiënten die dezelfde ervaring hebben. Al snel wordt de term “Alice in Wonderland syndroom” (AWS) gebruikt voor deze aandoening. Maar wat is er aan de hand bij patiënten met AWS?   

Patiënten met AWS ervaren een verstoring in het visueel waarnemen van objecten of (delen van) hun eigen lichaam. Handen of voeten kunnen als veel kleiner worden waargenomen (micropsia) waardoor de rest van hun lichaam als buitenproportioneel groter wordt ervaren. Lichaamsdelen kunnen ook als veel groter worden waargenomen (macropsia) waardoor de patiënt de rest van zijn lichaam als veel kleiner ervaart. Objecten kunnen dichterbij (pelopsia) of verder weg (telopsia) lijken dan ze daadwerkelijk zijn, wat invloed heeft op de eigen waarneming binnen een ruimte. Maar niet alleen de visuele waarneming is aangedaan, ook kan er een verstoring van auditieve waarneming optreden. Stemmen kunnen bijvoorbeeld dichterbij (luider) of verder weg (zachter) klinken dan ze daadwerkelijk zijn. Vooral kinderen lijken gevoelig te zijn voor AWS, maar waar komt deze verstoring in het waarnemen vandaan? “‘Curieuzer en curieuzer!’ riep Alice.”  

Bij nader onderzoek blijkt er niets mis met de ogen of oren van patiënten met AWS, er lijkt eerder een verstoring in de informatieverwerking in de hersenen te zijn. Al snel werd door dr. Todd een verband gelegd tussen AWS en migraine. Waar sommige mensen met migraine lichtgevoelig zijn of ‘sterretjes zien’ (visuele aura’s), hebben mensen met AWS een verstoring in de ruimtelijke waarneming. Van migraine aura’s wordt gedacht dat ze een gevolg zijn van een neuronale over-stimulatie (verhoogde activiteit van zenuwcellen) gevolgd door neuronale onderdrukking (stilvallen van zenuwcellen). Meestal gebeurt dit binnen de visuele hersenschors, waardoor visuele aura’s relatief vaker voorkomen. Echter, bij patiënten met AWS wordt gedacht dat dit gebeurt in een hersengebied belangrijk voor ruimtelijke oriëntatie en het bijeenbrengen van zintuigelijke informatie (de pariëtale hersenschors). Dit zou een verklaring zijn waarom patiënten een veranderde perceptie hebben (zien, horen, voelen) ten opzichte van hun lichaam en omgeving.  

Uit dagboekaantekeningen van Lewis Carroll blijkt dat hij zelf ook last had van migraines. Wat tot speculatie heeft geleid of zijn aura’s misschien van het type AWS waren. En dat hij zijn ervaringen gebruikte in het schrijven van zijn wereldbekende boek. Echter, neurowetenschappers hebben meer ‘verborgen’ neurologische aandoeningen gevonden in zijn boek. Zoals depersonalisatie, het gevoel hebben niet jezelf te zijn, en prosopagnosia, het niet kunnen herkennen van gezichten. Of we dit allemaal kunnen toeschrijven aan de schrijver, valt te betwijfelen. Of misschien had de Kat toch gelijk: ‘we zijn hier allemaal gek. Ik ben gek. Jij bent gek.’ ‘Hoe weet u dat ik gek ben?’ zei Alice. ‘Dat moet je zijn,’ zei de Kat, ‘anders zou je niet hier gekomen zijn.’ 

Verschenen in het juni 2018 nummer van EOS Psyche en Brein.

Over de auteur:

Laura Jonkman is assistent professor bij het Amsterdam UMC – locatie VUmc en houdt zich bezig met neurowetenschappelijk onderzoek naar de ziekte van Alzheimer, Parkinson en multiple sclerose met behulp van MRI en microscopie.


< Terug