De taaie vrije wil

15 juli 2012 Blogs

Geen neteliger thema dan dat van de vrije wil. Is die vrije wil niet een lang gekoesterde maar volstrekt misplaatste illusie? Aan dit thema werden gedurende liefst vier dagen lezingen, debatten en workshops gewijd in de Internationale School voor Wijsbegeerte (ISVW) in Leusden. De ISVW is een filosofisch hotel waar cursisten kunnen overnachten, rondwandelen in het achterliggende bosrijke gebied, en zich ondertussen kunnen laven aan diepgaande bespiegelingen. In dat oord kwam in de eerste week van mei 2012 een keur aan wetenschappers en filosofen aan het woord, zoals Dick Swaab, Bert Keizer, Bas Haring, Herman Pleij. Ook twee medewerkers van Brein in Beeld, Jeroen Geurts en Koos Neuvel, gaven daar inleidingen en workshops. Bij deze een kleine impressie van de vierde en laatste dag in Leusden, een dag die in het teken stond van de confrontatie tussen de filosofen Jan Verplaetse en Marc Slors.

Geschreven door Koos Neuvel

Jan Verplaetse is een Vlaamse filosoof, en er vast van overtuigd dat de vrije wil niet bestaat. Elk menselijk gedrag komt immers ergens vandaan, uit een ‘causaal netwerk’, gedrag wordt bepaald door ontwikkelingen in het brein, maar ook door ontwikkelingen in cultuur en samenleving. In die zin bestaat er geen vrijheid. En hij trekt daaruit een consequente maar wel buitengewoon radicale conclusie: de mens is niet verantwoordelijk voor zijn daden. Helemaal nooit. De dingen lopen zoals ze lopen, het had allemaal niet anders kunnen gebeuren. Daarom heeft het ook geen zin om mensen verwijten te maken over wat ze gedaan hebben. Het heeft al helemaal geen zin om op al dan niet hoge toon een schuldige te benoemen. In plaats van mensen verwijten te maken zou je ze moeten begrijpen.

Zijn radicale filosofische stellingname heeft voor Jan Verplaetse ook praktische consequenties. Je moet mensen in strafzaken niet veroordelen omdat ze schuldig zijn. Soms is opsluiting nog wel noodzakelijk, maar dan alleen om de gedetineerde en de samenleving voor verder onheil te behoeden. Criminelen opsluiten omwille van vergelding, dat kan echt niet meer. Vergelding impliceert immers vrijheid, mensen die ergens willens en wetens voor gekozen hebben. En dat hebben ze niet.

De preoccupatie van Marc Slors, hoogleraar cognitiefilosofie in Nijmegen, is niet zozeer de vrije wil als wel de bewuste wil. Hoe belangrijk is het bewustzijn voor ons gedrag? Er bestaan over die betekenis van het bewustzijn drie modellen. In het klassieke model is het bewustzijn de baas. Van dat klassieke model is Descartes het klassieke gezicht: omdat een mens denkt, bestaat die. Als het menselijk gedrag een auto is, zit het bewustzijn op de bestuurdersstoel. In het hedendaagse neurowetenschappelijk onderzoek, in het bijzonder bij mensen als Dick Swaab en Victor Lamme, is die conclusie volledig op zijn kop gezet. In het tweede model zit niet het bewustzijn maar het onbewuste op de bestuurdersstoel. Het bewustzijn zit ernaast, op de bijrijdersstoel, draait aan een nepstuurtje waardoor het de illusie heeft dat het volledig in charge is. In de praktijk rechtvaardigt het bewustzijn louter achteraf de door het onbewuste gemaakte keuzes. Daarom noemt Victor Lamme het bewustzijn ook een kwebbeldoos.

Marc Slors kan zich in geen van die beide opvattingen vinden. Hij erkent de waarde van het hedendaagse neurowetenschappelijk onderzoek dat aan de betekenis van het onbewuste brein zo’n prominente plek toekent. Daar valt weinig op af te dingen. Toch is het bewustzijn meer dan een nutteloze, eindeloos ouwehoerende parasiet. Het bewustzijn speelt namelijk de rol van TomTom. Dat is het derde model van het bewustzijn. Het bepaalt de globale koers en de eindbestemming, het onbewuste bepaalt onze alledaagse handelingen in de voortgang van het voertuig. Het is een verschil tussen de intenties op de lange termijn, waarin het bewustzijn het nodige in de melk te brokkelen heeft, versus de intenties op de korte termijn, waar het onbewuste de dienst uitmaakt. Zonder die bewuste wil zouden we nergens komen.

Als we een bewuste wil hebben, hebben we dan ook een vrije wil en zijn we verantwoordelijk voor onze daden? Zeker, vindt Marc Slors, we zijn verantwoordelijk voor onze vrije handelingen. Probleem is alleen dat ‘normale’ mensen in theorie wel een vrije wil hebben, maar tegelijkertijd ook aan wilszwakte kunnen lijden. Ze doen dingen waarvan ze met hun ‘betere ik’ weten dat ze die beter hadden kunnen laten. Toch behoort ook die wilszwakte tot het eigenlijke zelf, en ben je er verantwoordelijk voor. Voor Slors markeert het begrip verantwoordelijkheid de scheidslijn tussen normale menselijke onvrijheid en pathologische onvrijheid. Kleptomanie zien we bijvoorbeeld als pathologische onvrijheid, en daarmee als verzachtende omstandigheid.

Wel is de grens tussen pathologische en normale onvrijheid vaag en veranderlijk. In het verschuiven van die grens, vindt Slors, kunnen de neurowetenschappen hun steentjes bijdragen. Dat gebeurt ook al. De manier waarop we tegenwoordig tegen verslaving aankijken is sterk gevormd door kennis van de neurale mechanismen achter verslaving. Daardoor heet verslaving tegenwoordig vaker ziekte en minder vaak wilszwakte.

In het debat met Marc Slors hield Jan Verplaetse resoluut vast aan zijn afwijzing van alle noties van schuld en verantwoordelijkheid. Hij erkent daarmee een positie in te nemen die volledig tegen de intuïtie indruist. Maar als filosoof vindt hij het belangrijk om ons denken uit te dagen en op de proef te stellen. En hij denkt in ieder geval een beetje tegenwicht te kunnen bieden tegen het harde hedendaagse klimaat van schuld, vergelding en boete. Op zijn boek ‘zonder vrije wil’ kreeg hij in ieder geval veel positieve reacties, zelfs van gedetineerden. Eén gedetineerde schreef hem zich goed in de gedachtegang van de auteur te kunnen vinden, maar het toch, wat hemzelf betrof, heel moeilijk te vinden de notie van schuld los te laten. Hoe hard hij het ook probeerde, het lukte hem niet om zichzelf schuldeloos te vinden.

Zoveel is zeker: het besef van een vrije wil laat zich niet per decreet afschaffen. Alle wetenschappers en filosofen die erop gebrand zijn de vrije wil te vermorzelen, moeten zich voorbereiden op een langdurige en zware strijd tegen diepgewortelde, alledaagse intuïties. De vrije wil is een taaie figuur.


< Terug